Schaarste of overvloed?
Denk jij in termen van schaarste en concurrentie of in termen van overvloed? Ben jij bang dat er niet genoeg is of heb jij het vertrouwen dat iedereen krijgt wat hij of zij nodig heeft? Is jouw bril roze of donkerbruin?
‘Jeetje, er waren nog twee andere coaches.’
‘Ja, dat klopt.’
‘Vind je dat niet erg? Ze zien precies wat jij doet, en hoe. Dat laat je toch niet zien aan je concurrenten?’
‘Het zijn collega’s.’
‘Concullega’s dan toch zeker?”
‘Nee hoor, gewoon collega’s. Als er iemand bij mij komt met wie ik geen klik heb of die iets anders nodig heeft dan ik te bieden heb, ben ik blij dat ik collega’s heb. Zo iemand kan ik dan doorsturen.’
De bril waardoor je kijkt, bijvoorbeeld naar de hoeveelheid werk die er is, bepaalt of je vreest dat er te weinig is of dat je vertrouwt de klanten te krijgen die jou moeten hebben. Aan de feitelijke toestand in de wereld verandert jouw bril niets, wel aan het gevoel dat die wereld bij jou oproept. Durf je te vertrouwen op genoeg? En op jezelf?