De kracht van de stilte (De kunst van zelfanalyse 11)
Stel je hebt een nogal dominante collega. Al van ver hoor je haar hakken klikken, en als ze binnenkomt neemt ze zoveel ruimte in, zowel verbaal als fysiek, dat je je binnen enkele seconden heel klein voelt. Je hebt hier al van alles geprobeerd, maar niets lijkt te werken. Met de moed der wanhoop mail je haar om eens koffie te drinken in de lunchroom aan de overkant. Ze gaat akkoord en met klotsende oksels begeef je je naar jullie afspraak.
Je bent goed voorbereid, hebt thuis voor de spiegel allerlei openingszinnen geoefend en de beste meegenomen. Maar zij is je voor, zoals altijd: ‘Wat gezellig dat je mij hebt uitgenodigd, maar waarom?’
Je kijkt in je koffie, of in je thee, dat werkt ook, en zegt niets. Je laat de stilte voortduren en richt dan je blik even op haar.
‘Wat is hiervan de bedoeling?’, zegt ze, inmiddels licht geïrriteerd. Je wacht nog even en zegt dan: ‘Door stil te zijn kun je ruimte innemen, ook als dat ongemakkelijk voelt.’ Ze kijkt je niet-begrijpend aan.
Dan vraag je: ‘Zou je mij in het vervolg wat ruimte kunnen geven door af en toe stil te zijn? Zodat ik mijn zinnen goed kan formuleren?’
‘Ja natuurlijk,’ antwoordt ze verbaasd, ‘ik wist niet dat je dat nodig had.’
Dat is de kracht van stilte.