Een rood, nauwsluitend jurkje, bijpassende zonnebril in haar haren, badlaken in de ene en het boek over de filosoof Kierkegaard in de andere hand, zo verlaat Lysbeth het hotel op weg naar het strand. Buiten wordt ze verblind door de felle zon, schuift de zonnebril voor haar ogen en kijkt om zich heen. Weelderige oleanderstruiken, in kleur variërend van zacht-geel en licht-roze tot diep karmozijnrood; met knoppen, volgroeide bloemen en schijnbaar uitgedroogde vruchten, toch vol leven. Lysbeth plukt een steel met prachtige bloemen. Het sap loopt eruit en plakt aan haar vingers, alsof de bloemen willen zeggen: koppel ons niet …