‘Ja hoor, heb ík weer.’ Het liefst duik ik meteen mijn bed in, verstop me onder het dekbed en kom er pas uit als alles opgelost, geregeld en weer normaal is. Maar ja, dat is onvolwassen gedrag. Ik schijn volwassen te zijn, dus mag het niet. Jammer. En braaf als ik kan zijn, rijd ik keurig naar de garage. ‘Ja, ik heb opnieuw schade. Nee, nu ligt de hele bumper eraf. Ja, opnieuw toen ik met mijn veel te grote auto de veel te kleine garage uitreed. Ik geef toe, mijn ruimtelijk inzicht was wederom onvoldoende.’ En het leven gaat …